Uitgangspunten, bronnen
Jan Renkema, Schrijfwijzer Compact 2005; Groene Boekje 2005.
Doel 1: consequente redactie.
Doel 2: respect voor eigenheid in stijl van auteur
Doel 3: niet te veel interpretatie door overheersende keuzes in de opmaak
Doel 4: optisch fraaie pagina’s.
Doel 5: uitstekende leesbaarheid
Spelling van namen
Uitgangspunt: WIKIPEDIA. Geen andere internetbronnen: daar zit te veel wildgroei in. Dus: Nederlandsche Handel-Maatschappij en niet Nederlandsche Handelmaatschappij.
Buitenlandse aardrijkskundige namen in Nederlandse spelling: Shashemene en niet Shasamene.
Aaneenschrijven of niet
Samenstellingen waar het kan (zonder een uitspraak- of begripsprobleem te veroorzaken) aaneenschrijven: lagereschoolmeisje, wildezwijnenkop.
Aanhaling en afhaling
– Platte aanhalingstekens worden ‘zesjes’ en ‘negentjes’. Alles handmatig aanpassen. Met ‘zoek en vervang’ is de kans op foute verbetering te groot i.v.m. apostrof-teken.
– Aanhaling en afhaling enkel, niet dubbel. Dus als volgt: ‘Scholten,’ zei hij, ‘is schrijver te Boedapest.’
– Ononderbroken citaat aan het begin van de zin, eindigend op een punt: ‘Scholten is een schrijver te Boedapest,’ zei hij. [punt vervalt hier].
– Maar: ‘Scholten is een schrijver te Boedapest!’ zei hij. [uitroepteken hier handhaven. Vraagteken idem]. > KOMMA VERVALT ALS ER AL EEN UITROEPTEKEN STAAT: […] TE BOEDAPEST!’ ZEI HIJ.
– Ononderbroken citaat midden in de zin verliest de punt: Iedereen roept: ‘Scholten zijn verhalen zijn top’ en kijkt vervolgens wijs in de verte...
– Maar vraagteken of uitroepteken blijft staan in een geval als dit: Iedereen roept: ‘Scholten zijn verhalen zijn top!’ in Boedapest.
– Elda-regel bij citaat met dubbele punt aan het einde van de zin: Het wordt allerwegen beweerd: ‘Scholten is de beste schrijver van Boedapest.’ [Eerst Leesteken Dan Afhalingsteken]
– Elda-regel geldt niet bij aanhaling van een enkel woord of een spreekwoord: De kritiek noemde Horizon City ‘ravissant’. [punt na afhalingsteken].
– Wat te doen met citaat binnen citaat?
– Openen met enkele, dubbele aan- en afhalingstekens binnen citaat: Toen zei hij: ‘Die zegt: “Daar houdt een weldenkend mens zich niet mee bezig.”’ [inderdaad dubbele en enkele afhaling naast elkaar. In eindversie worden dubbele platte aan- en afhalingstekens niet-platte].
– Bij uitroep en ook bij vraag beide leestekens handhaven tussen aan- of afhalingsteken: Roept iedereen ‘Scholten zijn verhalen zijn top!’?
Afkortingen
13. Namen, merken als afkorting in klein kapitaal te zetten, aangegeven in brontekst als onderstreept zonder hoofdletters: vw-kever nrc
Cursiveringen
– Titels van boeken en tijdschriften cursief: Brieven aan mijn kleinzoon, Hengelosche Fabrieksbode
– Zelfnoemfunctie of 1e introductie van buitenlands begrip dat niet algemeen bekend is cursief: nolens volens betekent niet-willend willend. Oh the world, ah the world.
– Formeel hoeft een begrip niet gecursiveerd te worden als het in de Van Dale staat. Wanneer ons dat echter nuttig leek voor de lezer en niet te opdringerig, hebben wij dat in een aantal gevallen wel gedaan.
– Waken voor optisch lelijke stapeling van cursiveringen en teveel schoolmeesterachtigheid (‘painting the red chair red’)/interpretatie door overdaad aan cursivering.
Citaten
Korte citaten (max. ongeveer 25 woorden) aangeven met aan- en afhaling.
Lange citaten (meer dan ongeveer 25 woorden/meer dan 3 regels):
– witregel invoegen,
– aanhalingsteken en afhalingsteken schrappen
– cursiveren
– afsluiten met witregel
– in principe bij een gewone dialoog geen citaatmodus [met witregel etc.] hanteren
– in principe niet peuteren in citaten, behalve bij evidente fouten
Regelval bij poëzie
A.L. Snijders citeert vaak poëzie. Waar mogelijk hebben wij, veelal in overleg met de auteur, de regelval gecontroleerd en aangepast aan de brontekst. Met name bij Jan Hanlo, Hugo Claus (hoewel verschillende drukken van de Oostakkerse gedichten verschillende vaerianten in regelval vertonen), Frank Koenegracht, Ed Leeflang. Bij een aantal gedichten was de brontekst niet (meer) beschikbaar en hebben wij voor een zo natuurlijk mogelijke regelval gekozen.
Komma’s
Bij erg lange zin kijken of komma’s weg kunnen door lange zin op te delen in kortere.
Soms wordt een zin onduidelijk wanneer er twee werkwoordelijke gezegden naast elkaar staan zonder een komma ertussen. In dat geval komma ertussen plaatsen.
Alinea’s
– Alinea springt niet in direct onder hoofdstuktitel
– Alinea springt niet in direct onder illustratie
– Alinea springt niet in na witregel
– In alle andere gevallen wel: 1 TAB geven
– Waar een (extra) witregel nodig is, staat [witregel] tussen vierkante haken en in rood.
Koppeltekens en halve kastlijntjes
– Spatie voor en spatie na half kastlijntje. Half kastlijntje is langer. Koppelteken alleen bij samenstellingen en als vervangingsteken: Schrijver-dichter [koppelteken]. Literatuur- en cultuurgeschiedenis [vervangingsstreepje] Hij zei – tot onze niet geringe verbazing – dattie het raar vond. [Twee halve kastlijntjes met spatie voor en na het kastlijntje].
– Samenstellingen met corona zonder koppelteken en in de officiële spelling (niet de RIVM-spelling)
Auteurseigenaardigheden
Uitgangspunt: Le style est de l'homme même. Dus ‘idiolect’ van auteur handhaven wanneer het geen aperte fout is:
Je kan [ipv kunt; gebruikelijke vorm in gesprekken tussen Frederik en Mila en Frederik in familiekring]
Jij wil [ipv wilt; idem]
Ouwerwets
Broertje
Zusje
Jasje (niet ‘colbert’ van maken)
wc i.p.v. toilet
Goed i.p.v. ‘landgoed’
Grootvader i.p.v. ‘opa’
Het bedrijf liep solide i.p.v. ‘was solide’
Diakritische tekens
Diakritische tekens in namen gebruiken voor zover in het font aanwezig:
Ceaușescu [met slingertje onder de eerste S]
Janáček met zo’n Balkanschaaltje boven de c
Ronde of vierkante haken
Alle vierkante haken vervangen door ronde haken. Alleen bij knip in citaat: in dat geval drie puntjes tussen vierkante haken.
Urteilstätigkeit is großartig […] Lesen notwendig.’
Waar een (extra) witregel nodig is, staat [witregel] tussen vierkante haken en in rood.
Cijfers of letters
Tot en met twaalf in elk geval als woord schrijven, tenzij rekenkundig bedoeld. Oppassen voor stapelingen van cijfers als het niet om ‘sommetjes’ gaat. (Liever: ‘Hij was veertig jaar’ in plaats van ‘Hij was 40 jaar.’ Ook: ‘Ik betaalde vijfhonderd euro.’ [ipv 500.]
Duits
In Duitse citaten de dubbele S waar nodig vervangen door Ringel-s: ß (alt+0223).
Duitse zelfstandige naamwoorden met hoofdletter.
Bij eerste introductie van ‘raar’ Duits woord: cursief (zelfnoemfunctie): Hühnermädchen. Realpolitiker. Ook met hoofdletter gespeld, zoals in het Duits.
Gedachtepuntjes
Niet meer en minder dan drie. Opletten dat er geen onnodige spatie voor de gedachtepuntjes staat.